dinsdag 16 juli 2013

Wild plukken


Vorige week kwam er iemand bij me eten, die ik al een hele tijd niet had gezien en zij bracht voor mij ‘Het grote wildplukboek’ mee.  Wat een verrassend cadeau en zo helemaal passend bij de huidige trend om meer eerlijke en onbespoten groente en fruit te willen eten. Sommigen  gaan deze  steeds meer zelf verbouwen, onder andere door de vele recente  voedselschandalen en het bedrog dat daarbij komt kijken, maar ook omdat het leuk is om te doen. De producten die jezelf kweekt en verbouwt, hebben over ’t algemeen meer smaak, zijn gezonder en spreken je zintuigen aan: je gaat kijken, tasten, voelen, proeven. Voedsel gaat hierdoor meer leven. 
Van huis uit zijn wij mensen natuurlijk echte verzamelaars. Het zit als het ware in onze genen om op zoek te gaan naar lekkere en voedzame etenswaren en die zelf bij elkaar te sprokkelen. En wat is er leuker dan om die in je eigen omgeving en zelfs tuin te vinden. Toen ik in mij huidige huis kwam wonen, had ik een voortuin die vergeven was van zevenblad. Ik vroeg aan een hovenier wat ik hieraan kon doen, zijn rigoureuze antwoord: je hele tuin een meter diep afgraven… of verhuizen. Dat vond ik beide nogal drastische oplossingen. Tot dat iemand zei: maar het is heel goed te eten. Toen heb ik er een paar keer een stamppotje van gemaakt of het bij de sla gedaan.  Smaakte goed, dus over zevenblad maak ik me niet druk meer.
Veel andere voorkomende planten en bloemen, zoals brandnetel, veldzuring, hondsdraf en witte dovenetel zijn ook te verwerken tot soepen, sauzen en salades. Je kunt het zo gek niet bedenken of er zit wel iets voedzaams aan een plant, zo blijkt uit dit boek.

Vorige zomer vond ik tijdens een wandeling bij toeval een bramenveldje. Kinderlijke verrukking om ze zo maar tussen de stekels vandaan te plukken en op te eten. Dit jaar ga ik er uiteraard weer heen. Ik ben vast niet de enige, want je eigen eten in de natuur bij elkaar sprokkelen is in. Veel sterkoks blijken het ook te doen.

woensdag 3 juli 2013

Stadslandbouw



Stadslandbouw is in. Op steeds meer plekken schieten ze uit de grond:  nieuwe initiatieven om zelf groente, fruit en kruiden te verbouwen. Niet alleen in volkstuinen en in de eigen achtertuin ontstaan moestuintjes, maar ook op daken, terrassen, balkons en  drijvende vlonders in het water. Zelfs in een verlaten kantoorpand of op een leeg fabrieksterrein gaan mensen aan de slag met het kweken van hun eigen groente.  Soms doen  ze dat gezamenlijk, zoals in  Rotterdam, waar ze hun opbrengst naar de voedselbank brengen vanuit het motto dat ook die mensen behoefte hebben aan gezonde verse groenten. Bovendien is het leuk om samen te doen: het geeft meer verbondenheid met elkaar en met de buurt en je steekt het nodige van elkaar op. Stadslandbouw mag dan in zijn – er is sinds kort zelfs een speciaal tijdschrift hierover verschenen - het is ook behoorlijk zwaar en niet zo gemakkelijk als het lijkt. Om tot een goede oogst te komen zijn meerdere handen en inzichten vaak welkom, al zijn er tegenwoordig ook handige minimoestuinsystemen bedacht.
Veel mensen gaan zelf verbouwen, omdat ze voedselindustrie met al zijn schandalen beu zijn en niet meer vertrouwen. Zelf weet je wat je doet of laat, terwijl je dat bij het massaal geproduceerde voedsel niet weet. Je hoeft maar een paar keer naar de Keuringsdienst van Waarde  gekeken te hebben en je valt steil achterover van hoeveel er wordt gesjoemeld met onze voeding. Vrijwel niets is wat het lijkt.  En de informatie die op de verpakkingen staat is vaak niet te lezen noch te begrijpen.

Een andere reden is dat de grootschaligheid en verspilling van voedsel steeds meer mensen tegenstaat. Het is toch te gek voor woorden dat een te kleine tomaat of bloemkool, die verder helemaal goed en vers is, of een  te kromme komkommer niet in de schappen van de supermarkt  belanden, omdat de consument dat niet zou willen. Er moet blijkbaar een soort eenheidsworst van gemaakt worden, maar dat heeft niets met de natuurlijke groei van gewassen te maken en leidt bovendien tot een totaal onnodige verspilling.
Vandaar dat er onlangs in Amsterdam massaal gekookt is met juist dit soort afgekeurde producten en daar konden maar liefst zesduizend mensen heerlijk van eten.  

Daarnaast speelt natuurlijk ook mee dat tuinieren gezond is. Je bent veel buiten en al spittend, zaaiend, schoffelend en plukkend volop in beweging en wat is er heerlijker dan af en toe een rondje tuin doen om te kijken hoe alles erbij staat. Daarnaast geeft het  - als je de kunst tenminste beheert - meer variatie en voldoening op je bord. Bovendien blijkt  uit de statistieken steeds weer dat mensen die zelf hun groenten en fruit verbouwen en dit vrijwel dagelijks op hun menu hebben staan het langst gezond blijven.