zaterdag 26 juli 2014

Wie deelt heeft meer



Wie deelt, heeft meer - en niet minder, zoals we vroeger nog weleens dachten -  was de kop op de voorpagina van de stadskrant die ik  onlangs onder ogen kreeg. Een mooie en toepasselijke kop, die kort en krachtig een van de belangrijkste tendensen  van deze tijd weergeeft en inmiddels tot in allerlei hoeken en gaten van onze samenleving lijkt door te dringen. 

En mensen worden hier ook steeds creatiever in, zo blijkt. Zo was er in Berg en Dal bijvoorbeeld iemand die in zijn achtertuin een traditioneel gebouwde leemoven heeft staan, waarin hij z’n eigen brood bakt. Buurtgenoten leken daarin wel geïnteresseerd, dus nodigde hij hen uit om een keer van deze oven bij hem in de tuin gebruik te komen maken. Die animo bleek er te zijn, want  in no time kwamen er al zo’n 25 buurtbewoners op af. Sommigen om inderdaad eens op deze traditionele manier een brood te bakken, anderen ook om gezellig samen wat te eten en te drinken. Delen levert sociale contacten op, zo blijkt elke keer weer. Het is voor velen een van de redenen om aan het delen, geven en ruilen mee te doen.  
Andere redenen zijn, zo blijkt uit een klein onderzoekje dat ik onlangs gehouden heb voor het blad Volzin: het is fijn om een ander te helpen, om gewaardeerd te worden en de buurt beter te leren kennen. Maar ook duurzaamheid, geld besparen  en de impact op het milieu willen verminderen spelen een rol. Online platforms die het lenen, delen en ruilen van diensten mogelijk maken schieten dan ook als paddenstoelen uit de grond. 

Een ander fenomeen dat ik mijn stad steeds vaker zie, is een kastje voor in de tuin of een kistje aan de boom gespijkerd, waarin een aantal boeken staat die mensen kunnen  ruilen, lenen of achterlaten. Zo simpel kan het dus zijn. 

Ken jij ook nog originele initiatieven op het gebied van delen, ruilen of lenen?
Laat me dat dan door middel van een berichtje op mijn blog weten, want goede voorbeelden doen goed volgen en ik breng er graag verslag van uit.


zondag 13 juli 2014

Genoeg



Een van de bladen die ik altijd met veel plezier op mijn deurmat zie liggen, is het tijdschrift Genoeg. Ooit begonnen als de Vrekkenkrant heeft het een paar metamorfoses ondergaan en is het nu een kleurrijk en mooi vormgegeven blad met daarin vele artikelen, ideeën en tips hoe je eenvoudig kunt leven. Het mist de niksigheid en de nadruk op bekende Nederlanders, zoals veel andere bladen en met name glossys die kennen, maar gaat vrolijk z’n eigen gang en komt elke keer weer met originele invalshoeken en ideeën hoe je van het leven iets kunt maken door minder te consumeren en minder te werken. Minder verdienen maakt creatief, zo blijkt elke keer weer. Het leidt soms tot verrassende en leuke oplossingen, vrolijk besparen en creatief ruilen en delen. 

Van simpele huishoud- en schoonmaaktips tot hoe je zelf een vogelkastje kunt bouwen, compost kunt maken, zelf een fietsband kunt plakken, minder verzekeringen kunt afsluiten - we zijn bijna allemaal oververzekerd, zo blijkt -  tot een minicursus EHBO of wat je nog allemaal kunt doen met etenswaren die over de datum heen zijn. Het komt allemaal op een positieve manier aan bod.
Uiteraard is dat  over de datum heen zijn arbitrair, want de grote voedingsconcerns zien liever dat we ons eten te snel weggooien dan te lang bewaren. Dat levert hen immers weer geld op. De teneur van het blad neigt echter nooit naar het laatste, naar het negatieve. 

Integendeel, het is optimistisch van toon en laat zien op hoeveel simpele manieren je je leven kunt veraangenamen zonder amechtig van het harde werken op de bank te hoeven zitten.  Zo is een van de laatste thema’s: de kunst van het nietsdoen. Het dolce far niente, zoals de Italianen zo mooi zeggen. Inderdaad, daar kun je je zo aan opladen en bovendien brengt het vaak verrassende momenten, inzichten en contacten, bijvoorbeeld wanneer je op een bankje zit, noch los van de ontspanning die het geeft.

Dingen die over de datum zijn gewoon opeten of gebruiken doe ik zelf trouwens al jaren. Wel ruik ik er dan eerst goed aan, ik bekijk  en betast de structuur en als ik het vertrouw, eet ik het op. Nog nooit ziek of misselijk van geworden.