maandag 30 maart 2015

Transitietijd


We leven in  een transitietijd. Het oude voldoet niet meer en brokkelt af, omdat het te verstard of bureaucratisch  is geworden  of te veel op de winst van enkelen is gericht. Het nieuwe krijgt langzamerhand vorm, vooral door allerlei initiatieven van onderop. Mensen organiseren zelf allerlei nieuwe verbanden en initiatieven op het gebied van zorg, energie, vervoer, voedsel verbouwen en verdienen. Het gaat hierbij vaak om kleine en lokale initiatieven, maar ze breiden zich wel als een olievlek uit en zetten de transitie in gang. Elk initiatief, hoe klein ook, helpt om de kanteling te maken. Soms ook slaan ze aan en gaan de veranderingen snel. Zo is het gezamenlijk gebruik van auto’s in 2014 maar liefst met 113 procent gestegen.

Zo’n transitietijd is niet gemakkelijk. Het vraagt om loslaten van oude verbanden en zekerheden, veranderingen onder ogen zien en durven meebewegen met het nieuwe, dat vaak nog onwennig en onbekend is. En ja, soms verlies je daar in eerste instantie ook mee. Een mooi voorbeeld van dat laatste is UberPop, een mogelijkheid waarbij mensen via een App zelf hun auto verhuren om mensen te vervoeren.  De taxiwereld is daar woedend over en bedreigt de UberPopchauffeurs, omdat ze het als broodroof zien. Op zich misschien wel begrijpelijk, maar mede door de snelle ontwikkelingen van de technologie en internet zal er nog veel meer werk ingrijpend gaan veranderen of verdwijnen. Dat is lastig en ook wel angstaanjagend - ik ervaar het in mijn eigen beroep ook aan den lijve - maar alleen maar op de rem gaan staan of koste wat het kost het oude willen behouden, zal ons niet verder helpen.

We gaan naar een economie, waarin niet alleen maar geld het ruilmiddel is, maar ook tijd, energie, zorg, werk- en denkkracht kunnen worden uitgewisseld.  Een niet meer tegen te houden ontwikkeling, aldus Jan Rotmans, hoogleraar transitiekunde. Mede in gang gezet, doordat veel maatschappelijke sectoren in Nederland in zijn ogen hun houdbaarheidsdatum naderen, omdat de mens niet langer centraal staat. Hij typeert de veranderingen van deze tijd als een overgang van bezit naar gebruik. Wat we zien, is de opkomst van een  meer informele economie ofwel een wij-economie, waarin delen, ruilen en samen organiseren meer deel gaan uitmaken van ons economisch handelen. En deze opkomende nieuwe orde zal regelmatig botsen met de gevestigde orde, zoals we nu al bij UberPop zien gebeuren.

 

Toch is deze ontwikkeling niet meer tegen te houden. Dat is maar goed ook, want het biedt veel nieuwe mogelijkheden en kansen én een nieuw elan.

 

maandag 16 maart 2015

Minder kleren maken het verschil


We hebben bijna allemaal veel te veel kleding in onze kast hangen en daarvan blijken  we maar liefst 70% niet of nauwelijks te dragen. Zaken die niet echt goed zijn voor het milieu, want  de kledingindustrie is niet alleen een vervuilende industrietak, maar ook een waar de arbeidsomstandigheden vaak ronduit erbarmelijk zijn en waar het vooral kinderen zijn die tegen zeer lage lonen de kleding voor de westerse modeketens in elkaar zetten.

 

Daarom is het mooi dat het bewustzijn hierover toeneemt en dat er steeds meer alternatieven in het leven worden geroepen om ook onze kleding te ruilen, te delen of te lenen. Er zijn talloze initiatieven op dit gebied. Natuurlijk heb je de tweedehands winkels, de kledingruilsites en de zogenaamde kledingruilfeestjes, die almaar toenemen en waar soms ook designerkleding van hand tot hand gaat. In mijn eigen buurt organiseert men ook één keer per jaar een middag waarin je kleding kunt inbrengen of meenemen, want waar de een op uit gekeken is, is voor de ander nieuw of zelfs een kekke aanwinst. Er bestaat tegenwoordig zelfs zoiets als swoppen: evenementen waarbij je niet alleen kleding kunt ruilen, maar ook schoenen, sjaals, hoedjes en handtassen.

In een paar grote steden heb je inmiddels ook de  Kledingbibliotheek. Hier kun je via een abonnement of strippenkaart kleding lenen, waardoor je niet alleen veel kunt afwisselen, maar bijvoorbeeld ook dat nette colbert of hippe feestjurkje uit de rekken kunt vissen. Kleding die je immers maar af en toe nodig hebt.

Daarnaast heb je nog Dress for Success, waarbij mensen met weinig geld aantrekkelijk worden gekleed om bij een sollicitatiegesprek representatief voor de dag te kunnen komen. Dat geeft een boost, is goed voor het zelfvertrouwen en kan helpen om sneller een baan te vinden.

En dan heb je in Nijmegen nog een bijzonder initiatief, waarbij mensen die nauwelijks of geen geld hebben om kleding te kopen af en toe eens helemaal in het nieuw gestoken worden - de kleding komt ook nieuw uit allerlei winkels - zodat ook zij eens kunnen ervaren hoe het is om er smaakvol en piekfijn uit te zien.

Deze initiatieven zijn des te belangrijker, omdat er in de kledingindustrie niet alleen veel mis is met de arbeidsomstandigheden, maar ook omdat veel kleding inmiddels zo goedkoop is dat er te veel van wordt aanschaft, dat dan ook nog grotendeels in de kast blijft hangen.  

Minder kleren maken het verschil.